Het Is Tijd
De morgen schuift langzaam z'n sluier van licht
Met zilveren hart op 't nachtlijk gezicht
De mensen ontwaken nog loom van de slaap
Het is tijd
Hoog boven de aarde zweef ik in m'n droom
De morgen heeft schouders en heupen van room
Ik drink sterrendauw van een maanwitte mond
Het is tijd
En klokken doorboren met brekende stem
De stervende nachtlucht en roepen tot hem
De meester en schepper van hemel en aard
Het is tijd
Het is tijd
De stad rekt zich uit als een monsterlijk dier
Vol stinkende braaklucht van walgelijk bier
En stikt elk geluid in een bruisende stroom
Van mensen machines die af in hun droom
Zich haasten al kruipend door haar in de mand
Een lastige boer hij heeft geld in de hand
En niemand die nu nog het klokkenspel hoort
Want luide sirenen die huilen in koor
Het is tijd
Het is tijd
Het is tijd
De avond schuift langzaam in duisternis dicht
Z'n dromende handen vol schaduwen verlicht
Hij geeft alle mensen de rust van de slaap
Het is tijd
En verheft nog in toren zijn stem
Waar niemand die zo laat nog luistert naar hem
Hij staat vastgeankerd in stalen beton
En reikt voor't eerst naar de stervende zon
Maar ieder is eenzaam die slechts uren telt
De klok de sireen de om geld
Zij jagen de mensen als een slaap door de tijd
En roepen aldoor het is tijd het is tijd
Het is tijd
Het is tijd
Het is tijd
Hoog boven de aarde zweef ik in m'n droom
De morgen heeft schouders en heupen van room
Ik drink sterrendauw van een maanwitte mond
Het is tijd